INTERVIEW CLAIRE BOWN, THINKING MUSEUM #kunsteducatie

februari 2021
You think on your feet, as usual, because that is part of what we do. Constantly changing, developing, reacting to circumstances.

VTM: How to engage people with artworks?

Een paar maanden afgestudeerd bij DBKV en volop zin om meer te leren, kwam ik in mei 2020 uit bij een onlinecursus over Visible Thinking in the Museum Online (VTMO). Ik wilde vooral meer weten over Visible Thinking. Dat ik meteen het een en ander meekreeg over hoe je online een cursus verzorgt was een extra. Claire Bown, eigenaar van Thinking Museum, maakte me enthousiast over Visible Thinking (VT). Reden om dit enthousiasme te delen met dit artikel, waarvoor ik Claire sprak in september 2020.

Nicole van Hamond (NH): 'Claire, wil je wat over jezelf vertellen, zodat we een beeld krijgen van wie je bent?'

Claire Bown (CB): “It’s a very non-British thing, to talk about yourself.” “In oktober 2020 woon ik dertien jaar in Nederland met mijn gezin. Ik kom uit het zuiden van het Verenigd Koninkrijk. Ik studeerde European studies met aandacht voor Frans, Duits en kunstgeschiedenis. Voor mijn eerste baan werkte ik voor een reisorganisatie als reisgids en museumgids. Onderdeel daarvan was het gidsen door een microfoon in de bus, waarbij ik kennis deelde door tegen mensen te praten. Daarna werkte ik bij verschillende reisorganisaties, deels met een educatieve insteek. Al snel ontstond bij mij de behoefte aan een meer interactieve manier van werken. Nadat ik er een paar jaar uit was geweest in verband met zorg voor de kinderen, volgde ik daarom de master Museologie aan de Reinwardt academie. Hier leerde ik de praktische kant kennen van werken in musea, in plaats van met musea.”

 

NH: 'Hoe heb je Visible Thinking leren kennen?'

CB: “Tijdens mijn studie aan de Reinwardt liep ik stage bij het Tropenmuseum in Amsterdam. Daarbij kwam ik door focusgroepen in contact met de internationale school, waar gewerkt wordt met de methode van VT. De leraren wilden de interactiviteit die ze uit school kenden, graag terugzien bij museumbezoek. Ik nam de VT-methode mee in mijn onderzoek naar meer interactieve methodes voor museumbezoek en ik raakte er erg enthousiast over. Het Tropenmuseum nam mijn enthousiasme over en na mijn studie ging ik bij het Tropenmuseum aan de slag om VT daar in het educatieprogramma te verwerken.”

Claire Bown, fotograaf: Dorota Kozerska
Claire Bown, fotograaf: Dorota Kozerska

NH: 'Tijdens je stageonderzoek heb je dus informatie verzameld over VT. Wat is het? En waar komt het vandaan?'

CB: “Visible Thinking is ontstaan in Amerika bij Project Zero aan de Harvard University. Ron Ritchhart en collega’s onderzochten in samenwerking met leraren van scholen over de hele wereld, waaronder de internationale school in Amsterdam, hoe onderwijs beter kon, hoe leerlingen tot diepgaandere leerervaringen konden komen. Ritchhart en het team kwamen tot een set van 21 routines, die leraren in kunnen zetten. De routines prikkelen een onderzoekende houding bij leerlingen. Iedere routine bestaat uit enkele krachtige vragen. Doordat leraren de routines herhaaldelijk gebruiken, maken de leerlingen de routines eigen om zelfstandig toe te kunnen passen. Dus Transfer. Inmiddels is de set van 21 routines uitgebreid met nieuwe routines.”

PZ's Mission: The mission of Project Zero is to understand and enhance learning, thinking and creativity for individuals and groups in the arts and other disciplines.

NH: 'Je geeft aan dat VT meerdere routine kent.Naast Visible Thinking (VT) bestaat Visual Thinking Strategies (VTS). Wil je aangeven hoe die twee zich tot elkaar verhouden?'

CB: “Dat is interessant, ja. Mijn blogpost over dat onderwerp is de meest gelezen post. VTS was een inspiratiebron voor Project Zero, dus er is een duidelijk verband. In tegenstelling tot de set van routines van VT, werkt VTS met één vaste set van vragen, steeds in dezelfde volgorde:

1 Wat gebeurt er in deze afbeelding?

2 Waaraan zie je dat…..

3 Wat kunnen we nog meer ontdekken?”

 

NH: 'Er zijn duidelijke overeenkomsten door het gebruik van het begrip ‘routine’ en door het gebruik van een beperkt aantal vragen. Wat maakt dat jij de voorkeur gaf aan VT en daar nog steeds mee werkt?'

CB: “VTS is beperkt met één set van vragen, die zo gesteld moeten worden in die volgorde. Je kunt geen informatie toevoegen. Ik denk dat er behoefte is aan de mogelijkheid om informatie te delen, als dat gewenst is. En tenslotte is er geen focus op observatie, waardoor je naar mijn mening te snel naar interpretatie gaat. Die elementen vind je wel bij VTM, zoals ik VT gebruik. Bij VTM gaat het om de juiste manier van vragen stellen en om de vaardigheden als facilitator. In mijn ogen biedt VTMdrie grote voordelen. Ten eerste de flexibiliteit. De routines zijn niet star, maar kunnen gebruikt worden als een ruggengraat. Daarnaast de variatie. Er zijn nu meer dan 21 routines voor VT, ongeveer 90. Je kunt niet alle routines gebruiken bij kunstwerken, maar de routines laten het toe om er op een creatieve manier programma’s mee samen te stellen. Je hebt een aantal routines in je hoofd en je kunt ermee spelen, terwijl je ze gebruikt. En ten slotte de manieren waarop de methode en de routines aan de passen zijn aan zoveel verschillende organisaties, programma’s en verschillende doelgroepen. Flexibility, Variation, Adaptability.”

NH: 'En VTM, waar jij voor staat, wat brengt dat meer of anders dan VT?'

CB: 'Daar komen de vaardigheden van de facilitator bij, dus hoe laat je de groep zich op hun gemak voelen, hoe haal je het beste uit de groep en hoe en wanneer stel je vragen. Als je VT met goed faciliteren combineert, vindt de magie echt plaats. Een routine is een reeks van acties of een gedragspatroon. De Thinking routines zijn hulpmiddelen speciaal ontworpen (en uitgebreid getest) om denkprocessen te helpen, ondersteunen en begeleiden. Iedere routine kan regelmatig herhaald worden en bestaat uit korte, eenvoudige stappen. De facilitator (leraar of gids) heeft geen opleiding nodig. Hoe meer de facilitator thuis is in de routines en de toepassing ervan, hoe meer de facilitator ermee kan spelen. De namen van de routines maken het makkelijk om de routine en de stappen te onthouden. Een voorbeeld is de routine See-Think-Wonder. Bij de eerste vraag kijken de deelnemers aandachtig: “What do you see?”. Vervolgens gaat ieder verder met de vraag “What do you think is going on?”. Met deze vraagstelling is er geen goed of fout, maar gaat het om eigen gedachten van de persoon. Deze worden verder geprikkeld met de laatste vraag “What does it make you wonder?”. Uitwisseling met anderen verrijkt de ervaring en geeft inzicht in het denken van anderen.'

 

NH: 'Wat kwam er op jouw pad, na het Tropenmuseum?'

CB:' Na het Tropenmuseum heb ik drie sporen gevolgd. Ik ben trainingen in de methodiek van VT gaan verzorgen in musea, individueel en in samenwerking met Gundy van Dijk. Zelf gaf ik tours op het museumplein, waarbij ik goed voeling kon houden met publiek. Ook was ik werkzaam op het gebied van corporate team building met VT in musea. Na een intermezzo besloot ik om met een eigen bedrijf verder te gaan onder de naam Visible Thinking in the Museum, en dat is de huidige situatie. Mijn focus ligt op training en community building.'

NH: 'Een berg aan ervaring met het werken met publiek, musea en kunst. 2020 was voor ondernemers een ander jaar. Wat heeft 2020 voor jouw bedrijf betekend?'

CB: 'Ik had al plannen om vanuit mijn bedrijf online mogelijkheden verder te verkennen. De lockdown in maart maakte dat ik dit in een stroomversnelling heb gezet, waardoor ik in mei mijn eerste cursus Visible Thinking in the Museum Online (VTMO) lanceerde. Tot mijn verrassing namen er zeventien mensen uit Europa en Amerika deel. Je kon voelen tijdens de cursus dat er iets gebeurde, dat we iets hadden, en dat gaf het laatste duwtje om door te gaan met het bouwen van een community. Deze ging van start in september, met een aantal deelnemers van de cursus, en vele nieuwe, internationale leden met verschillende achtergronden. In totaal waren het op dat moment 42 personen. Het doel blijft het trainen van mensen bij het eigen maken van manieren om mensen meer te betrekken bij (kunst)werken. Het is een andere manier van professioneel ontwikkelen.'

 

NH: 'Interessant om met zo’n internationale groep te werken, met de diversiteit aan ervaring en inbreng. Dat inspireert je ook weer en helpt met ideeën genereren. Ter afsluiting, heb je een tip voor de mensen van DBKV, uit eigen ervaring?'

CB: 'Moeilijk een tip mee te geven uit eigen ervaring, maar dit kwam uit de groep van VTMO: experimenteer zonder angst. Moedig zijn en niet bang zijn om nieuwe dingen te proberen, ‘Failing forward’ zoals dat heet. Dat maakt je honderd keer meer aantrekkelijk als medewerker. Met die houding investeer je in jezelf en laat je zien dat je veelzijdig en enthousiast bent en jezelf kunt aanpassen.'

 

NH: 'Dank je, Claire. Dat zijn mooie, afrondende woorden, die naadloos aansluiten op het motto van DBKV, Artez: Ever tried. Ever failed. No matter. Try again. Fail again. Fail better.'

 

Eind 2020 kent de community een actief programma, met onder meer een cursus Slow Looking. Leden van de community wisselen kennis uit en houden onderlinge trainingssessies. Meer weten over Visible Thinking en Visible Thinking in the Museum? Je leest er meer over in de volgende boeken en artikelen van Project Zero en van Claire Bown.

‘Making thinking visible’ en de opvolger ‘The power of making thinking visible”.
Meer informatie over VTM vind je hier.
Wat is Visible Thinking? Dat lees je hier
Meer lezen over routines? Dat lees je hier