EEN ARTISTIEKE REIS NAAR INNOVATIE EN VINDINGRIJKHEID #opleiding

februari 2021

Beeldend uitgedaagd worden. Je eigen spoorzoeken en volgen. Nadenken over je artistieke positie. Samen je verdiepen in een inhoud, vragen en onderzoek hierover uitwisselen. Op excursie gaan. Actuele input van je eigen docenten en gastdocenten. De docent als coach van jouw eigen maakproces. Werken in een gemengde groep van studenten van voltijd en deeltijd uit jaar twee en drie. Dat is het specialisatieprogramma van DBKV. Je volgt dit programma een jaar lang één dag per week. 

“Ik ervaar de specialisaties vooral als heel prettig. Ik kan mijn ei erin kwijt en voel me veel gemotiveerder om mijn beeldende praktijk te versterken.” (Milan, 2ejaars voltijdstudent)

Als student kies je in jaar twee en drie van de studie het programma dat bij jou past, uit een aanbod van vijf of zes programma’s. Hieronder de programma’s die in 2020-2021 zijn aangeboden. Ook lees je in een aantal quotes wat studenten hiervan vonden, wat ze leerden en wat het ze bracht.  

1. Kunst, wetenschap en technologie
Docenten: Otto Nijs en Frank Kolkman 

“Een artistieke reis naar innovatie en vindingrijkheid” (Dimitri, 2ejaars deeltijdstudent) 

Studenten op excursie bij Robot Love vanuit het programma Kunst, Wetenschap en Technologie
Studenten op excursie bij Robot Love vanuit het programma Kunst, Wetenschap en Technologie

Van een nieuwe generatie kunstvakdocenten wordt gevraagd om zich niet alleen met zelfvertrouwen te bewegen tussen de verschillende artistieke disciplines, maar ook om zich te verhouden tot actuele (technologische) ontwikkelingen. Het zijn educatoren die niet alleen mee kunnen praten overmaar die ook actief richting kunnen geven aande toepassing van technologie in het onderwijs, en in bredere zin: de maatschappij.

Dit programma kenmerkt zich door een interdisciplinair en vakoverstijgend karakter. Je verdiept je in actuele wetenschap en technologie georiënteerde kunst (door het lezen en bespreken van artikelen en het bezoeken van culturele instellingen). Je legt daarmee een basis om duurzame samenwerkingen aan te gaan met bèta- en techniekvakken in het onderwijs. Daarnaast is het belangrijk om door het opdoen van nieuwe vaardigheden een vocabulaire te ontwikkelen; denk aan werken met moderne (digitale) productietechnieken als lasersnijden en 3D-printen, programmeren van soft- en firmware, of bijvoorbeeld VR, AR en bio-hacking. Hiermee wordt jouw nieuwsgierigheid aangewakkerd en je zelflerend vermogen gestimuleerd. Daarnaast leer je de koppeling te maken naar kunsteducatie, binnen- of buitenschools. 

"Met het programma KWT moest ik hard werken en soms moeilijk nadenken, alsof ik weer bij natuurkunde zat; maar de tools die ik heb ontdekt en geleerd, zijn gouden materialen die ik mijn hele leven lang kan meenemen, zowel in het onderwijs als in mijn autonome werk!! En daarnaast heb ik geleerd dat knutselen, freubelen en tinkeren van groot belang bij het komen tot een magnifiek kunstwerk.” (Wilma, 2ejaars voltijdstudent)

“De wereld is technisch/digitaal, kinderen groeien op in deze wereld. Door met techniek te spelen, er iets mee te maken, te verbeelden en hierover in gesprek te gaan, leren ze ruimer te denken en zullen ze nu en in de toekomst hier creatiever mee om kunnen gaan. Ik neem deze ervaringen nog steeds mee in mijn dagelijks leven als leerkracht.” (Bregje, 2ejaars deeltijdstudent)  

 

2. ‘Records of Reality’ 
Docenten: Henning Waldhauer en May Heek

"De screening in Focus filmtheater was magisch, je eigen Record of Reality op het grote doek!" (Jochem, 3ejaars deeltijdstudent) 

Henning en May tijdens de screening in Focus filmtheater
Henning en May tijdens de screening in Focus filmtheater

Binnen het programma ‘Records of Reality’staat de complexe relatie tussen het beeld en zijn oorspronkelijke bron centraal. De totstandkoming van het beeld vindt daarbij veelal plaats door ‘lens-based’ media en computergeneratie. Welke processen komen daarbij kijken en hoe spelen onze verwachtingen en interpretaties van de werkelijkheid daarbij een rol? De complexe relatie tussen wat we zien en hoe we dit vanuit onze eigen belevingswereld interpreteren, wordt uitgedaagd door tijdsgeest en beeldmanipulatie. Welke rol speelt de veranderende positie van de maker hierbij en kunnen wij werkelijkheid en reproductie nog langer van elkaar onderscheiden? Aan de hand van conceptontwikkeling en intensief materiaalonderzoek bepaal je je eigen kader en onderzoeksvragen. In de vorm van individuele projecten en groepsseminars toets je jouw onderzoeksvragen en transformeer je deze in werk. Zowel het collectieve belang van verbeelding als het zoeken naar een nieuwe vorm van tasbaarheid in een tijd van digitalisering komen aanbod, wat is hierbij jouw bijdrage? 

“Ik raakte niet uitgegroeid. De input van beide docenten was enorm waardevol en persoonlijk. En de perspectieven die geboden werden zetten je iedere keer weer aan om jezelf verder te ontwikkelen en een project met diepgang op te zetten. Iedereens werk was enorm divers en interessant, en het gaf ook goed weer waar iedereen persoonlijk mee bezig was. Ik kan Records of Reality niet anders omschrijven dan een vrij speelveld waar je los op mag en kan gaan. May en Henning hebben allebei enorm veel in huis om er een interessante reis van te maken. Ze nemen jou als maker serieus, zonder dat de sfeer verloren gaat. De lijntjes zijn kort en de drempels om tot maken te komen laag. Dit programma heeft mij de tools en inzichten gegeven om de komende twee jaar, en waarschijnlijk ook ver daarna, nog werk te maken.” (Steve, 2ejaars voltijdstudent) 

 

3. Religie als fictie
Docenten: Pieter van Evert en Marion Duursema / Rinke Nijburg

“De specialisatie voelt echt als een eigen plek, als een kunstcollectief, een plek om te maken zonder dat er opdracht is. Je speelt een constant spel tussen wekelijks beeldend werken, gesprekken voeren en verwerken van feedback op je beeldende werk. Ik vond het heerlijk om wekelijks Religie als Fictie te volgen omdat ik me vrij voelde om te creëren, om vanuit mijn eigen fascinaties te mogen werken & te wisselen van onderwerp wanneer er iets nieuws op mijn pad kwam.” (Milan, 2ejaars voltijd student)

Werk van Juliette Lammers (Voltijd 2), gemaakt bij Religie als fictie
Werk van Juliette Lammers (Voltijd 2), gemaakt bij Religie als fictie

De basisinspiratie voor deze beeldende specialisatie is de vooronderstelling dat kunst en religie dezelfde wortels en parallelle evolutionaire ontwikkeling kennen. Zonder religie geen kunst en vice-versa. Zonder de verbeelding is/was er geen overdracht (transmissie) met de (aspirant)gelovige mogelijk. Een nog basalere gedachte is dat religieuze concepten zich alleen hebben kunnen ontwikkelen tot complexe godsdiensten met behulp van de menselijke fantasie. Fantasie ‘’als bron van verbeelding” en fictie zijn in onze werkperiode familiair. Wij zien religieuze mythologieën als waarheid zoals wij bijvoorbeeld ook de roman voor waar aannemen (en niet als leugen). In feite voegen wij ons in de oneindig lange evolutie van de verbeelding binnen een religieuze context. Om deze hypothetische redenering waar te maken gaan we er ook van uit dat kunst/kunstbeleving het substituut van religie is. Wij benaderen religie als product van menselijke creativiteit. De (plusminus) afgelopen 150 jaar kunnen we zien als een uitzonderlijke periode in de kunst die eind vorig millennium afliep met de ultieme autonomie in de kunst maar vanaf het jaar 2000 niet langer het artistieke engagement als hoogste goed zag. Het kunstwerk wordt opnieuw geïntroduceerd als vervoersmiddels van waarden en normen. Zij richt haar pijlen op het opnieuw socialiseren van de kunstconsument middels ethische opvattingen. Deze ontwikkelingen gaan wij in het programma bevragen. Een inspirerend deelaspect daarbij is de mogelijke oplossing van het individu ten gunste van een nieuw collectivisme. Welke ruimte blijft daarbinnen over voor cultureel engagement en die voor het authentieke individu? We spreken met het grootste gemak over auteurschap met daarbij een vaag omschreven idee van authenticiteit. In deze tijd van copy-paste en found-footage lijkt het er meer en meer op neer te komen dat wij ons lijken te willen onderscheiden van elkaar maar meer dan ooit gelijkenis tonen. Dat geldt wellicht ook voor de gemeenschappelijke en collectieve beeldcultuur. Doorredenerend en ‘kort door de bocht’ is een eigen werk niet langer een prestatie van jezelf. Er zijn immers altijd co-auteurs en sta je hooguit een fractie van tijd bovenaan in de digitale stamboom die het beeldende proces is/bepaalt. 

 

4. The Artist Educator: Interactie als levend materiaal
Docenten: Docus van der Made en Wouter Engelbart

Gastdocent Fabienne Hendriks vertelt hoe zij als artist educator met zelfgemaakte kleding moeilijke onderwerpen bespreekbaar maakte.
Gastdocent Fabienne Hendriks vertelt hoe zij als artist educator met zelfgemaakte kleding moeilijke onderwerpen bespreekbaar maakte.

Zou je naast traditionele artistieke materialen — die het atelier als kunstwerk verlaten en dan in aanraking komen met publiek — deze menselijke interactie ook kunnen zien als middel om tot beeldend werk te komen? En zo ja, kun je inzichten uit zo’n werk ook gebruiken voor educatie? Zou je kunnen experimenteren met publieksbemiddeling, een lesvoorbereiding, een rondleiding of een workshop om tot alternatieve vormen van educatie kunnen komen. En zo ja, zou dat dan ook beeldend werk kunnen zijn? De afgelopen jaren zijn de van oudsher gescheiden educatieve en artistieke praktijk in de kunstwereld meer en meer richting elkaar gegroeid. Musea zien het organiseren van workshops, leesgroepen en publieksprogramma’s met kunstenaars als onderdeel van hun programma. En kunstenaars zijn educatieve-, sociale- en samenwerkingsvaardigheden gaan gebruiken als materiaal in hun artistieke praktijk. In The Artist Educatornemen we de artistieke vrijheid om het kunstwerk niet als vast object te zien, maar om te onderzoeken hoe menselijke interactie tot materiaal kan worden voor zowel jouw beeldend werk als voor de educatie die je ontwerpt. Een belangrijke vraag daarin is hoe jij de ander betrekt niet alleen bij je werk, maar ook in of zelfs als je werk. In dit vak experimenteren we met educatieve en participatieve werkvormen, waarin kunst, samenleving, participatie, co-eigenaarschap, samenwerking en educatie samenkomen in één artistieke praktijk. 
 

5. Onderweg 
Docenten: Nicole Martinot en Anouk Mulders  

“Onderweg zijn is een innerlijke reis waarbij je je grenzen kan verleggen.” (Jikke, 3ejaars voltijdstudent)  

Foto’s van onderweg, met docenten Anouk en Nicole
Foto’s van onderweg, met docenten Anouk en Nicole

De inhoudelijke velden waarbinnen wij ons begeven zijn natuur, kosmos, praktische filosofie, poëzie en de reis van de geest. We zullen veel ‘uit huis’ zijn om niet-voor-de-hand-liggende ervaringen op te doen en die vervolgens aandachtsvol te onderzoeken, daar poëtische notities van te maken en krachtig uit te werken in media naar keuze. Het ambacht wordt daarbij omarmd. We nemen jullie mee in de fascinerende denk - en werkwijzen van kunstenaars om je daarmee te inspireren en na te laten denken over jouw manier van werken en leven. We gaan de Veluwe op en ontdekken samen of de natuur wel zo natuurlijk is. We bezoeken een sterrenwacht om de oneindigheid van de kosmos te ervaren. We gaan planten kweken en maken daarbij botanische tekeningen/beelden en filosoferen over de cyclische en lineaire tijd, over seizoenen en maanstanden. We bekijken de misfits van Hella Jongerius en analyseren het begrip serendipiteit in ons maakproces. Waar enerzijds groei en aandacht centraal staan, gaan we aan de slag met de vraag of een tegenhanger bestaat; ontgroei, afbraak, deconstructie, versnelling, vertraging, ontregeling en ont-moeten….we zoeken niet altijd het comfort van de dingen. Daarnaast zien we de waarde van het continu wisselen van perspectief ('plaats-positieloosheid') en van daaruit het ontwikkelen en bevragen van een eigen kijk. Het bevragen en onderzoeken van de dingen is een houding die we erg stimuleren, waarvoor je ook de weerstand zult moeten opzoeken… op zoek naar je eigen kader en onderzoeksvraag. 

“De titel van de specialisatie, werd voor mij een ervaring. Ik ben onderweg geweest, ik ben op reis gegaan. Zowel letterlijk door tijdens verplaatsingen mijn omgeving te observeren. Maar ook tijdens het maken; ik ben gestart, heb afslagen genomen, ontdekkingen gedaan, om zo uit te komen op een bestemming, die ik van tevoren niet kon bedenken. Het was fijn om op deze manier te werken, het heeft mij geleerd om op je eigen beeldende intuïtie te kunnen vertrouwen.” (Bregje, 3ejaars deeltijdstudent) 

 

6. Interaction Design: New Perceptual Frameworks 
Docenten:Janna Ullrich & Klasien van der Zandschulp

Studenten aan het werk tijdens New Perceptual Frameworks
Studenten aan het werk tijdens New Perceptual Frameworks

Welke mechanismes liggen ten grondslag aan onze interacties met elkaar en met de wereld? Hoe vertalen wij wat wij meten (zien, voelen, horen, smaken, ruiken) naar een wereldbeeld? Ieder mens, dier, plant of machine heeft een ander referentiekader en trekt unieke conclusies uit wat ze meten. Interactief ontwerp heeft de potentie om een breed publiek – dat buiten de referentiekaders van kunst en ontwerp zit – de meerwaarde van kunst en ontwerp te laten ervaren door ze op een nieuwe manier naar een bekende wereld te laten kijken.Door informatie actief (denk aan bijv. een spel) op te nemen leren wij op een duurzamere manier dan wanneer we informatie passief (denk aan bijv. een film) opnemen. Als je publiek onderdeel uitmaakt van je werk, resulteert dit in een gevoel van eigenaarschap en betrokkenheid bij het publiek. Je zult binnen dit programma vanuit je eigen fascinaties een onderzoeksvraag formuleren en met behulp van beeldend onderzoek, experiment en ‘prototype testing’ naar een interactieve ervaring toewerken. Daarbinnen is veel ruimte voor zelfstandig werken, maar je wordt regelmatig geprikkeld door workshops, excursies, lezingen en alternatieve werkbesprekingen (bijv. tarot-sessies/ talkshows/ lichamelijke oefeningen). Deze alternatieve werkbesprekingen bieden je diverse manieren van onderzoeken van je eigen onderwerp en kunnen voor het vormgeven van je eigen lessen van inspiratie zijn. Door middel van workshops, gegeven door Klasien en Janna zowel als externe ontwerpers en kunstenaars, op het gebied van zintuigelijke vormgeving, performance art en interactieve storytelling zul je theoretische en praktische kennis opdoen op het gebied van interactief ontwerpen. Qua media kan je werk alle richtingen opgaan, denk aan een chatbot die de gebruiker nieuwe inzichten in een bekende omgeving geeft, een VJ-set dat gestuurd wordt door het publiek van een club, of je gaat heel analoog en performatief aan de slag, denk aan publieke interventies, artistieke diners of performances. Je hoeft dus niet per se met technologische tools te werken. Je zult toewerken naar een collectieve Work In Progress presentatie van je werk op een publiek event. Daarnaast zal je je interactief werk door middel van film vastleggen – je hoeft hiervoor geen expertise op het gebied van film mee te brengen.